E-12 COST DISEASE, WAAROM DALEN KOSTEN IN SOMMIGE SECTOREN NIET?

In een eerdere blog heb ik de schrijver William J. Baumol aangehaald. William J. Baumol (1922 – 2017) was een econoom en professor aan de New York University. Hij staat bekend om zijn werk op verschillende gebieden, waaronder met name:

  1. Economische groei:
  2. Ondernemerschap; en
  3. Het concept van “Cost Disease”.

Ik wil in deze blog stil staan bij Cost Disease. Dit laatste met het oog op de stijgende kosten in de zorgsector en onderwijs op Curaçao.

Cost disease impliceert dat productiviteitsverbetering moeilijk te behalen is in sommige sectoren ter compensatie van de stijgende kosten.

COST DISEASE, EN DE KOSTEN VAN ZORG EN ONDERWIJS

Eén van de meest opmerkelijke bijdragen van Baumol, is zijn werk over het concept van “Cost Disease”. In zijn boek “The Cost Disease: Why Computers Get Cheaper and Health Care Doesn’t” (2012), stellen Baumol en co-auteur William G. Bowen dat bepaalde sectoren, zoals de gezondheidszorg en het onderwijs, in de loop van de tijd stijgende kosten ervaren als gevolg van een gebrek aan productiviteitsgroei. Volgens Baumol worden deze sectoren, die hij “stagnerende sectoren” noemde, gekenmerkt door een hoge arbeidsintensiteit en een laag automatiseringspotentieel. Dit betekent dat een groot deel van de kosten in deze sectoren bestaat uit arbeidskosten (veelal vaste lasten) en dat er beperkt potentieel is om deze kosten (fors) te verlagen door automatisering of technologische vooruitgang. Het boek zelf stamt uit 2012, waar al enige graad van automatisering toegepast werd.

Baumol stelt dat in deze arbeidsintensieve sectoren de arbeidskosten in de loop van de tijd stijgen als gevolg van de algemene loonstijging in alle sectoren. De loonstijgingen in die andere sectoren worden aangedreven door productiviteitsgroei (meer output bij dezelfde input). Als je beter je best doet, moet je ook worden beloond. Naarmate de lonen in die andere sectoren (zoals de industrie) stijgen, eisen werknemers in de “stagnerende sectoren” ook hogere lonen, wat leidt tot hogere arbeidskosten. Aangezien de productiviteitsgroei in deze sectoren echter laag is, is er geen overeenkomstige productiviteitsstijging om de stijging van de arbeidskosten te compenseren. Als gevolg hiervan nemen de kosten van gezondheidszorg en onderwijs in de loop van de tijd toe en wordt de bijhorende dienstverlening duurder.

Baumol voerde ook aan dat de “Cost Disease” wordt verergerd door de maatschappelijke vraag naar deze diensten, aangezien mensen na verloop van tijd meer en betere gezondheidszorg en onderwijs willen. Dit leidt tot een grotere vraag en hogere kosten. Wat betreft gezondheidszorg, worden we ook ouder en leven we ook langer. Dit laatste draagt ook bij aan meer kosten vanwege “langere zorg”.

Dit in tegenstelling tot andere sectoren, zoals de industrie, waar productiviteitsgroei leidt tot lagere kosten. De theorie van Baumol en Bowen helpt verklaren waarom bepaalde goederen en diensten, zoals collegegeld en ziektekostenpremie, in de loop van de tijd steeds duurder zijn geworden. Hij stelt dat het moeilijk is om de vele aspecten van de zorg en onderwijs te automatiseren, met als gevolg dat de kosten in deze sector in de loop van tijd de neiging hebben te stijgen.

Verzorging en onderwijs zijn nog steeds hoofdzakelijke mensenwerk, maar in de afgelopen jaren zien we wel steeds meer dat robotisering en automatisering een grotere rol krijgen in alle sectoren. Ook Artificial Intelligence (AI) is veelbelovend. Het is de vraag of in de nabije toekomst het concept van “Cost Disease” nog stand zal houden.

RELEVANTIE VOOR ONS

Ten eerste suggereert het “Cost Disease”-concept dat de arbeidskosten in de loop van de tijd waarschijnlijk zullen stijgen, zelfs in bedrijfstakken waar de productiviteitsgroei laag is. Dit betekent dat managers in dergelijke sectoren zich bewust moeten zijn van de mogelijkheid van stijgende kosten en stappen moeten ondernemen om deze kosten-effectief te beheersen. Managers moeten bijvoorbeeld manieren vinden om de efficiëntie te verhogen en verspilling tegen te gaan, terwijl ze er tegelijkertijd voor moeten zorgen dat ze eerlijke lonen betalen en bekwame werknemers behouden.

Ten tweede benadrukt het “Cost Disease”-concept het belang van innovatie bij het beheersen van kosten in arbeidsintensieve industrieën. Hoewel automatisering niet altijd een haalbare optie is, kunnen managers nog steeds manieren vinden om te innoveren en processen te verbeteren om de arbeidskosten te verlagen. Bij het hospitaal zie je bijvoorbeeld de tendens om de “ligdagen” te minimaliseren (patiënt zo snel mogelijk naar huis sturen), maar ook de functieverdeling tussen het centrum-hospitaal en de ziekenhuizen.

Ten slotte benadrukt het “Cost Disease”-concept de noodzaak van strategische planning en langetermijndenken bij het beheersen van kosten in arbeidsintensieve industrieën. Managers moeten rekening houden met de mogelijkheid van stijgende arbeidskosten in de loop van de tijd en stappen ondernemen om de duurzaamheid van hun “business-model” te waarborgen. Dit kan inhouden dat ze investeren in opleiding en ontwikkeling om de vaardigheden van hun personeel te verbeteren of dat ze hun bedrijf diversifiëren om de afhankelijkheid van arbeidsintensieve diensten te verminderen.

Er zijn natuurlijk verschillende oplossingsrichtingen te bedenken die kunnen worden gebruikt om “Cost Disease” aan te pakken:

  1. Verhoog de productiviteit: Een oplossing is om de productiviteit te verhogen in industrieën die sterk afhankelijk zijn van arbeid. Dit is makkelijk gezegd natuurlijk, maar het is wel de primaire oplossingsrichting. Dit kan worden bereikt door investeringen in technologie, automatisering en procesverbeteringen die de hoeveelheid arbeid vermindert die nodig is om goederen of diensten te produceren.
  2. Ontwikkeling van vaardigheden: Een andere oplossingsrichting is investeren in de vaardigheden en opleiding van werknemers. Door de vaardigheden van werknemers te verbeteren, kunnen ze efficiënter en productiever worden, wat kan helpen om de effecten van stijgende lonen te compenseren.
  3. Prijsdiscriminatie: Prijsdiscriminatie omvat het aanrekenen van verschillende prijzen aan verschillende groepen consumenten, op basis van hun bereidheid en vermogen om te betalen. Dit kan worden gebruikt om extra inkomsten te genereren van klanten die bereid zijn meer te betalen, terwijl goederen en diensten ook betaalbaarder worden gemaakt voor klanten die minder kunnen betalen. Denk hierbij toch weer aan “eerste klasse”-kamers versus “tweede-klasse kamers, maar ook aan aparte aantrekkelijke tarieven voor medisch toerisme om het zorgvolume te verhogen bij gelijkblijvende arbeidscapaciteit.
  4. Outsourcing: Outsourcing omvat het uitbesteden van werk aan externe leveranciers, die het werk mogelijk efficiënter en tegen lagere kosten kunnen uitvoeren. Dit kan helpen om de arbeidskosten te verlagen en tegelijkertijd de kwaliteit en efficiëntie te verbeteren. Denk hierbij aan bundeling van activiteiten, zoals inkoop.
  5. Overheidsinterventie: In sommige gevallen kan overheidsingrijpen nodig zijn om “Cost Disease” aan te pakken. Dit kan het verstrekken van subsidies of belastingvoordelen zijn, voor bedrijfstakken die zwaar worden getroffen door stijgende arbeidskosten of het investeren in onderwijs- en opleidingsprogramma’s die de vaardigheden van de beroepsbevolking verbeteren.

Kunnen we ondanks het concept van “Cost disease” zorgen dat we toch innoveren in de zorgsector en in onderwijs? Als de kosten blijven stijgen, wordt het ook langzamerhand onbetaalbaar. Oplossingsrichtingen zijn dus een “must”.

Keuzes van gisteren en vandaag, hebben consequenties voor morgen. “We reap what we sow”. Bemoei je actief met economisch beleid, maak bewuste keuzes, want je draagt gewild of ongewild de lusten en de lasten daarvan.

Ik herhaal: Het zou wie dan ook die op die beleidsstoel zit, sieren om kundig om te gaan met economisch leidinggeven, het heeft namelijk consequenties”. Economie raakt alles.

Share This Post

Leave a Reply

Join Our Newsletter