INFLATIE

Alles heeft een waarde, een prijs. En die prijs hoeft niet constant te blijven. Het kan stijgen en het kan dalen. Vanwege de Covid-pandemie, en nu vanwege de Ukraine crisis ervaren we prijsstijgingen, mede veroorzaakt door schaarser worden van productiefactoren. Producten worden duurder en onze koopkracht daalt als gevolg. Als je leeft van een vast inkomen (de meesten van ons) is er alleen zoveel maneuvreer-ruimte mogelijk in je budget, voordat je beseft dat de hogere prijzen je financiële ruimte wegvreten.

Een ander woord voor die hogere prijzen is inflatie. Inflatie is een “concept”, als ik dat zo mag noemen, welke we moeten begrijpen, willen we de werking van een economie beter vatten. Prijs is “een balancerend mechanisme” in een economie en reflecteert ook de schaarste van producten en diensten. In een later stadium zal ik stil staan bij de totstandkoming van prijzen, zodra vraag en aanbod elkaar vinden.

Ontwikkeling Inflatie Curacao 2018 – 2021 (Bron: CBS-Curacao)

INFLATIE

Inflatie wordt gedefinieerd als de algemene stijging in prijzen (of daling in koopkracht van geld). Inflatie is de mate van stijging van het gemiddelde prijsniveau in de economie. Er zijn meerdere meet-manieren, maar meting van niveau van inflatie gebeurt meestal via de consumenten prijsindexcijfer (CPI). Inflatie raakt iedereen in de economie. Overheid, ondernemingen en huishoudens zijn allen overgeleverd aan de invloed van inflatie. Vanuit de waarde van je nationale munt bekeken, houdt inflatie in, het verlies van waarde van de munt.

Naar mijn “investing-serie”-blogs toe, is inflatie één van de redenen om zo min mogelijk cash aan te houden en om cash te investeren in activa die een hoger rendement hebben dan de inflatievoet. Mijn algemeen uitgangspunt is dat “cash is trash”, mede vanwege de devaluerende werking van inflatie. Je kunt cash beter beleggen met rendement, dan heb je tenminste een compensatie van de inflatie.

OORZAKEN INFLATIE

Inflatie wordt veroorzaakt wanneer prijzen stijgen als gevolg van stijgingen van productiekosten zoals grondstoffen en lonen. Productiefactoren worden duurder. Een sterke stijging van de vraag naar producten en diensten kan ook inflatie veroorzaken, doordat consumenten bereid zijn meer te betalen voor een product (de vraag stijgt in relatie tot de schaarste).

De eerste noemen we “cost-push inflation” en de tweede noemen we “demand-pull inflation”. Inflatie wordt voorts ook in stand gehouden doordat er veel geld in omloop is en gespendeerd wordt. Inflatie kan zich ook voordoen als hyperinflatie, indien niet tijdig wordt ingegrepen. Dit laatste heeft zich feitelijk voorgedaan bij onze buren, Venezuela, in het afgelopen 20 jaar. In de jaren ’70 hebben we ook een periode gekend van veel inflatie (OPEC-crisis, Vietnamoorlog en slecht monetair beleid).

Economen en beleidsmakers hebben idealiter aandacht voor inflatie. Immers, het is van invloed op de economie en de koopkracht. En wat burgers, stemgerechtigden, in hun portemonnee raakt, onthouden ze. Om inflatie te beteugelen zijn ook specifieke maatregelen/ingrepen noodzakelijk in de economie. De Centrale Bank kan bijvoorbeeld interest verhogen en daarmee krediet (lenen) duurder maken. De gedachte is dat daarmee minder geld beschikbaar zal zijn voor consumptie en de vraag hierdoor zal afnemen. Het kan echter ook als gevolg hebben dat de economie kracht verliest. Het is dus ook voor de Centrale Bank een lastige balanceer-actie. Te hard ingrijpen door de Centrale Bank kan ook de economische groei afremmen.

CONSUMENTEN PRIJS INDEX CIJFER

De ontwikkeling van consumentenprijzen (CPI) is voor de inflatie een belangrijke indicator. De gemiddelde prijsontwikkeling wordt berekend met een prijsindex. De CPI geeft de prijsontwikkeling weer van goederen en diensten die huishoudens aanschaffen voor consumptie. De CPI meet de gemiddelde prijs voor voedsel, kleding, huisvesting, energie, vervoer en nog een paar andere zaken voor een “gemiddelde consument”.

Om de CPI te begrijpen, moet je je voorstellen dat je en boodschappenlijst krijgt van een aantal duizenden producten met als opdracht om de prijzen te noteren op een gegeven moment en die, bij elkaar op te tellen. Op een later tijdstip, bijvoorbeeld een jaar later, doe je dezelfde exercitie en tel je weer de prijzen bij elkaar op. De stijging van de prijs tussen die twee peil-momenten is inflatie.

De CPI wordt maandelijks berekend door het Centraal Bureau voor de Statistiek. Dat betekent dat we maandelijks inzicht hebben in de prijzenontwikkeling. Er zijn meerdere meetmethodes voor inflatie, maar de CPI is de meest gangbare.

En zo ziet de “inflatie” eruit voor het jaar 2021 voor Curacao. Duidelijk is dat het leven met bijna 4% duurder is geworden in 1 jaar tijd. Per heden zijn de inflatiecijfers voor 2022 nog niet gepubliceerd, maar de verwachting is wel dat de trend zich (versneld) doorzet (effect Oorlog Oekraine).

SOORTEN INFLATIE

Zoals boven vermeld, zijn er in principe 2 inflatie-soorten. “Demand-pull inflation” en “Cost-push inflation”. Het begrip van welke type zich op enig moment voordoet is relevant voor beleidsmakers om met de juiste maatregelen in te grijpen. De ene type sluit de andere overigens ook niet uit, ze kunnen zich gezamenlijk voordoen. Waarom ingrijpen?  Inflatie tast de koopkracht aan, oftewel hoeveel van een bepaald product/dienst met een valuta gekocht kan worden.

Omdat inflatie de waarde van cash aantast, moedigt het consumenten aan om geld te besteden aan zaken die langzamer in waarde dalen, zoals real-estate, effecten etc. Als er niet wordt ingegrepen, bestaat ook de kans op een “loon-prijsspiraal” (continue doorrekenen van hogere kosten in de prijs) en in het ergste geval, hyperinflatie.

DEMAND-PULL INFLATION

Demand-pull inflation gebeurt als de consumptie (het kopen) van goederen en diensten, de prijzen opdrijft. De vraag is dan groter dan het aanbod. Demand-pull inflation wordt mede gevoed door inkomen. Dat betekent dat remmings-maatregelen over het algemeen zullen bestaan uit het limiteren van inkomens of aansporen van sparen of beleggen (en niet consumeren).

Lage belastingen, maar ook hoge overheidsuitgaven (lees hoge vraag) stimuleren demand-pull inflation. Bij een hoge geld-aanbod (M1) of anders gezegd bij een over liquide markt, is veel geld in circulatie hetgeen consumptief gedrag stimuleert. De Centrale Bank zal in een dergelijk geval het geld-aanbod moeten beperken door bijvoorbeeld lenen duurder en sparen aantrekkelijker te maken.

COST-PUSH INFLATION

Cost-push inflation gebeurt als de prijzen van productiefactoren stijgen. Bedrijven hebben grondstoffen (land), werknemers (arbeid), energie (land) en geld (kapitaal) nodig om te produceren. Als de prijzen van die “inputs” stijgen, dan stijgt ook de kostprijs van het gereed product (output) en wordt een deel van de winst weg geknabbeld (als het bedrijf de verkoopprijzen niet verhoogt). Als de input-prijzen fors stijgen, hebben bedrijven geen keus om ook de verkoopprijzen te verhogen. En zo ontstaat cost-push inflation. De stijging in prijzen doet het reële bruto nationaal product dalen en veroorzaakt ook werkloosheid. Bedrijven zoeken besparingsmogelijkheden door te reorganiseren, te automatiseren en goedkoper te kunnen produceren, waaronder aflvloeien van werknemers.

Prijs ontwikkeling enkele “Commodities” (Bron: Yahoo Finance)

Een voorbeeld van Cost-push inflation vinden we in bovenstaand tabel, waar meteen het effect te zien is van o.a. de Oekraine oorlog (Oekraine is een grote landbouw producent van diverse voedsel producten). Met de oorlog wordt beschikbaarheid van deze producten aangetast (in het oorloggebied) en wordt schaarste, en dus de prijs, getriggerd”.

EN WAT KUNNEN WIJ DOEN?

Verlaging van de accijnzen op brandstoffen is een sympathieke maatregel, maar hij is niet structureel van aard en zal ook alleen maar voor tijdelijke koopkracht-ondersteuning zorgen. Er zal meer moeten gebeuren.

Curaçao is per saldo een netto import-land, dat betekent dat wij dan ook inflatie importeren. “Not much we can do about that in the short term”, maar we zouden voor sommige zaken over kunnen gaan tot eigen productie, zoals stimuleren van landbouw, veeteelt en visserij. Het neemt niet weg dat diverse hulpproducten (mest, chemicaliën, machines, etc.) nog steeds geïmporteerd moeten worden. Als die eigen productie ook kan leiden tot export, des te beter. Werkgelegenheid wordt in ieder geval wel meer gestimuleerd.

Een ander actiepunt zou kunnen zijn, om de economie minder afhankelijk te maken van olie (vaak ook een belangrijke bron van inflatie). De overheid zou meer “green energy” kunnen stimuleren.

De Centrale Bank kan ook gericht monetair beleid toepassen door, hetzij de interest te verhogen waardoor lenen duurder en sparen aantrekkelijker wordt, met als gevolg dat dus minder wordt geconsumeerd. Echter wel met de kanttekening dat de nek van de economie niet wordt omgedraaid (de economie draait mede op consumptie). Een andere insteek is de economie extra te stimuleren (in ieder geval met een hogere groei dan de inflatievoet). Dit is lastig, want als te streng wordt ingegrepen, kan het juist de situatie erger maken.

Een algemeen actiepunt van de overheid en het bedrijfsleven zou kunnen zijn om de productiviteit te verhogen (verlaging kosten productiefactoren).  Het is dan een goed moment om te innoveren. Dit met als gevolg een hogere economische groei versus inflatie.

Think and Relax (foto D.G. van der Veen)

Bemoei je actief met economisch beleid, maak bewuste keuzes, want je draagt gewild of ongewild de lusten en de lasten.

Ik herhaal: Het zou wie dan ook die op die beleidsstoel zit, sieren om kundig om te gaan met economisch leidinggeven, het heeft namelijk consequenties”. Economie raakt alles.

JE EIGEN FINANCIELE STROMEN IN KAART BRENGEN, OM TE GAAN INVESTEREN

Ongetwijfeld heb je weleens, mogelijk zelfs geregeld, jezelf staan afvragen halverwege de maand wat er is gebeurd met jouw geld. Aanleiding was jouw banksaldo wat te laag leek. Wat is er met jouw geld gebeurd?  Daar gaat deze blog dan over. Uiteraard met de bedoeling uiteindelijk weer te belanden bij het onderwerp “investeren en beleggen”.  Voordat we daar weer terecht komen, moeten we eerst stil staan bij jouw cashflow.

Relax and Think

Cashflow is geld wat binnenkomt (wordt verdiend) en geld wat uitgaat (wordt gespendeerd). Het nettoverschil is idealiter positief en is sterk afhankelijk van jouw cashflowmanagement-vaardigheden. Een structureel positieve netto cashflow, verhoogt jouw nettowaarde en maakt beleggen mogelijk. Een structureel negatieve netto cashflow veroorzaakt alleen maar problemen.

Belangrijk is wederom om planmatig en bewust om te gaan met jouw cashflow, net als met jouw vermogen. En ja, cashflow management is ook Economie.

BEGIN BIJ JEZELF

Net als in mijn vorige blog (https://neetjevanderveen.com/2022/03/16/je-eigen-balans-opmaken-om-te-gaan-beleggen), is het verstandig om weer een balans op te maken. Zet op een rij wat elke maand binnenkomt aan geld en wat uitgaat aan geld. Het verschil tussen de 2 geldstromen is jouw netto cashflow. Verzamel jouw bankstatements, salaris-slips, leningsovereenkomsten, hypotheekaktes, bonnetjes, etc. en maak in MS-Excel de rekensom. Als jouw inkomsten hoger zijn dan jouw uitgaven, hou je geld over en kun je gaan nadenken over “investeren en beleggen”, tenminste als het niet “kiele kiele” is. Als jouw uitgaven hoger zijn dan jouw inkomsten, moet je jouw rode pen pakken en “niet essentiële uitgaven” gaan schrappen (en voor de volledigheid, ook werken aan meer inkomsten genereren).

STAP 1: INKOMSTEN OP EEN RIJ ZETTEN

Stap 1 is het op een rij zetten van jouw inkomsten. Jouw maandelijkse nettoloon staat op de eerste plaats. Mogelijk heb je inkomsten uit bijverdiensten, dividend, interest inkomsten, winsten uit onderneming, enzovoorts. Diverse inkomsten zijn niet maandelijks terugkerend, dus kan het handig zijn om gewoon de 12 maanden naast elkaar op een rij te zetten in MS Excel en de inkomsten afhankelijk van de periode waarop ze betrekking hebben, in de juiste kolom te plaatsen. Jouw vakantie-uitkering krijg je bijvoorbeeld alleen in de maand juni.

Jouw totale inkomsten is wat je beschikbaar hebt om mee te werken. In de onderstaand tabel heb je een geschatte jaarinkomsten van ANG 56,350, maar de maandelijkse verdeling is niet gelijk. Dit is handig om te weten, omdat dit ook kan gelden voor de uitgaven en je uiteindelijk jouw inkomsten en uitgaven moet “matchen” of het verschil van de ene maand naar de andere maand moet overbruggen. Sta ook stil bij de vraag hoe zeker je bent van de inkomsten. Dividend staat bijvoorbeeld niet vast. Denk trouwens ook aan jouw “noodfonds” welke behandeld is in de vorige blog (https://neetjevanderveen.com/2022/03/16/je-eigen-balans-opmaken-om-te-gaan-beleggen).

STAP 2: UITGAVEN OP EEN RIJ ZETTEN

Stap 2 is op een rij zetten van jouw uitgaven. De opzet is exact hetzelfde als bij de inkomsten. Bij uitgaven heb je echter wel meer categorieën. Hier is het ook handig om verder onderscheid te maken in noodzakelijke uitgaven en “niet-noodzakelijke uitgaven” (uitgaven die je kan uitstellen), vaste en variabele uitgaven, “heilige” uitgaven, etc. Dit is strikt persoonlijk en naar eigen inzicht in te richten, maar wel handig om te doen, omdat je mogelijk straks met een rode pen in jouw uitgaven moet gaan schrappen.

Het gaat voorts meer om uitgaven die met een hoge frequentie terugkomen, en niet om het eenmalig kopen van een ijskast of auto. Alhoewel we daar wel rekening mee moeten houden. Overigens worden deze uitgaven ook gereflecteerd in het aflossingscomponent van een lening. Hoe uitgebreider, hoe beter.

Het is handig om zo min mogelijk cash geld te gebruiken, en zoveel mogelijk jouw bankpas te gebruiken. Op jouw bankstatement heb je dan tenminste een goede volledige registratie van jouw bestedingsgedrag. Als cash geld niet te vermijden is, pin dan bijvoorbeeld hooguit 75 gulden per week en niet meer (dan blijft de factor onbekende uitgaven gering).

STAP 3: MAAK JE CASHFLOW STATEMENT EN ANALYSEER JE INKOMSTEN EN JE UITGAVEN

De volgende stap is het maken van een cashflow statement door jouw inkomsten naast jouw uitgaven te zetten en inzichtelijk te maken wat er maandelijks met jouw geld gebeurt. Inzicht in jouw inkomsten en bestedingsgedrag is het belangrijkste wat je haalt uit deze exercitie. Het idee is ook om ernaar toe te werken om jouw inkomsten te verhogen en jouw uitgaven te beheersen of te verlagen.

In bovenstaand overzicht is duidelijk dat in sommige maanden een negatieve netto cashflow ontstaat en dat moet vermeden worden.

STAP 4: BRENG WIJZIGINGEN IN JOUW PATROON AAN

De centrale vraag is: wat kan ik anders doen om mijn inkomsten te verhogen en/of mijn uitgaven te verlagen?  Vraag jezelf af: Heb je geld, direct of snel beschikbaar, opzijgezet voor momenten wanneer je krap bij kas bent, zoals dat in bovenstaand tabel noodzakelijk lijkt?  Welke uitgaven kan ik verlagen door te besparen (goedkoper te kopen), of de koop uit te stellen? Welke uitgaven kan ik schrappen?   Kan ik mijn lening herfinancieren en de aflossing verlagen? Kan ik mijn inkomsten verhogen? Kan ik mijn hobby’s “moneytizen” of kosten mijn hobby’s teveel geld?  Kan ik mijn creditcard aflossingen schrappen, door versneld/in één keer af te lossen? Is er een goedkopere verzekering te regelen? Maak ik gebruik van de maximale aftrek voor belastingen? Heb ik wel al deze abonnementen nodig?

Mogelijk ziet jouw persoonlijke cashflow statement er als volgt uit nadat je klaar bent met “aanpassingen” aanbrengen. Resultaat: meer positieve netto cashflow gedurende het jaar, en mogelijk ruimte om te beleggen.

STAP 5: WAT KAN IK OPZIJ ZETTEN OM TE BELEGGEN?

Ik herhaal: Inzicht in jouw inkomsten en bestedingsgedrag is het belangrijkste wat je haalt uit deze exercitie. Door aanpassingen te maken in jouw gedrag, kan je jouw netto cashflow verbeteren en ruimte creëren om te starten met “investeren en beleggen”. Alléén varen op jouw salaris, zal je niet vermogend maken. Je zult moeten investeren of beleggen.

Voordat je gaat beleggen en investeren, is het van belang dat je weet waar je staat en wat je aankan. De bovenstaande stapsgewijze benadering kan je die inzicht geven en mogelijk zelf aanleiding geven om veranderingen door te voeren. Je kunt het uitgebreid doen of je slechts richten op de hoofdzaken. “Meten is weten” en “Beseffen gaat vóór beleggen”.

Relax and Think (foto: D.G. van der Veen)

DISCLAIMER

Deze blogs zijn bedoeld voor en alleen om te worden gebruikt voor referentiedoeleinden. Dergelijke informatie die hier wordt verstrekt, vormt geen advies of een aanbeveling dat een beleggings- of handelsstrategie geschikt is voor een specifieke persoon. Gebruikers van deze blogs zijn het ermee eens dat ik geen verantwoordelijkheid neem voor uw investeringsbeslissingen. Vraag professioneel advies voordat u handelt.

HUMAN RESOURCE / HUMAN CAPITAL (deel 2 productiefactor “Arbeid”)

Mijn vorige blog ging over “Arbeid” als productiefactor. De bedoeling was om in deze blog aandacht te besteden aan productiefactor “Land”, echter het leek me beter om nog een addendum aan “Arbeid” toe te voegen. In deze blog wil ik er verder tijd aan besteden, daar dit zeker één van de pilaren moet zijn waar Curaçao aan moet bouwen om de economie op te krikken.

Duidelijk is dat de meeste landen die economische groei boeken, ook hebben geïnvesteerd in onderwijs en training van hun productiefactor “Arbeid”. Dit geldt vanaf basisschool tot de universiteit overigens. De relatie tussen onderwijs/training met economische groei is een duidelijke. Immers, dat zie je terug in groei van inkomens (vergoeding voor “Arbeid” is Loon), als onderdeel van het bruto nationaal product. Ook via de census zou je de link tussen inkomen en educatie terug moeten zien. En natuurlijk als je meer weet en kan, kan je ook meer verdienen en bijdragen.

“HUMAN RESOURCE” EN “HUMAN CAPITAL”

Andere, meer gebezigde, woorden voor productiefactor “Arbeid” zijn “Human Resource” en/of “Human Capital”. Het kan denigrerend klinken, maar termen zoals “Human Resource” en “Human Capital”, daar is blijkbaar over nagedacht (in economische termen), want ze benadrukken het economisch belang van de mens. De mens is een “Resource” en de mens is “Capital”, tenminste in de Economische Wetenschap. Je zou bijna kunnen denken dat de mens is gereduceerd tot de economische waarde van zijn/haar kennis, vaardigheid en inzet. “Slaves to the Machine” als het ware, en in zekere mate is dat ook zo in de Economie. Tijdens de industriële revolutie, maar ook in de tijden van de slavenhandel, heeft die interpretatie zeker gronden gekregen.

People in the street on Curacao

Human Capital” betekent echter ook investeren in mensen. Investeren kan van alles zijn, in onderwijs, training, medische zorg, entertainment, “family-day” op het werk, kinderopvang, etc. Als de mens comfortabel is, gezond is, aandacht krijgt, voorzien wordt in zijn “levenslust”, is dat goed voor zijn productiviteit en daarmee dan ook voor waarde-toevoeging aan de economie. De essentie is dat investeren in de mens (w.o. onderwijs), en breder gezien in onszelf, vruchten afwerpt.

JAPAN, ZUID KOREA, VERENIGDE STATEN, NEDERLAND

Direct na de 2de wereldoorlog hebben landen als Japan en Zuid Korea geïnvesteerd in training, onderwijs en technologie met als gevolg dat ze grote sprongen konden maken in welvaart. In de VS was de toelating van “minderheden” (lees verbreding van beroepsbevolking) aan alle scholen ook positief voor maatschappij en economie als geheel. Op de lange termijn wordt integratie geassocieerd met een hoger opleidingsniveau en een hoger beroepsniveau in alle etnische groepen. Tevens wordt dit geassocieerd met betere relaties tussen groepen, een grotere kans om in een geïntegreerde omgeving te leven en te werken, een kleinere kans op betrokkenheid met criminaliteit, en een grotere maatschappelijke betrokkenheid. Allemaal argumenten die bijdragen aan factor “Arbeid”. Hetzelfde argument gaat ook op voor “toelating” van vrouwen aan het onderwijs (Women’s Rights, Title IX, USA 1972) en de arbeidsmarkt[i]. Welvaart begint met investeren in de mens.

In Nederland heeft de introductie van de mammoetwet[ii] eind jaren 60 gezorgd voor een hogere deelname van leerlingen aan het voortgezet onderwijs, waar ook Curaçao voordeel uit heeft getrokken. De hogere deelname aan het onderwijs leidde ook tot een beter opgeleide beroepsbevolking en heeft gezorgd voor een brede middenklasse-basis. Investeren in onderwijs heeft ook hier welvaart verhogend gewerkt.

Uiteindelijk komt het erop neer dat een brede en divers gevormde beroepsbevolking de economie een goede duw zal geven.

Bovenstaand zijn enkele historische voorbeelden hoe landen zijn omgegaan met “Human Capital”, waaronder investeren in onderwijs.

CURACAO

Hoe staat het nu met onze “Human Capital”?  Onderstaand is een tabel (en aangepast overigens), gehaald van de website van het Centraal Bureau voor de Statistiek van Curaçao. Dit tabel bevat data over het hoogst afgerond opleidingsniveau naar leeftijdscategorie op Curaçao.

Opleidingsniveau naar leeftijdscategorie (afkomstig van CBS Curacao)

Op het eerste gezicht lijkt de verdeling redelijk gelijk. Ruim 24% van de respondenten is hoger opgeleid (HBO en hoger), 44% heeft ten hoogste beroepsonderwijs genoten en 12% heeft ten hoogste HAVO/VWO gedaan. Als we echter kijken naar de leeftijdsverdeling en ook in ogenschouw nemen hoe bevolkingsaantallen (die dalende zijn) zich de afgelopen jaren hebben ontwikkeld, is er echter wel reden tot zorg naar de toekomst toe.

Ten eerste zijn de professionals (HBO en hoger) geconcentreerd in de hogere leeftijden en is de “nieuwe aanwas” dalende.

Deze dagen (maart 2022) staan de kranten vol van artikelen over het afnemende bevolkingsaantal op Curaçao. Het komt er samenvattend op neer dat er sprake is van een netto-emigratie. Niet alleen het bevolkingsaantal neemt af, maar ook de beroepsbevolking neemt af. Een relevante vraag is ook wie (van welke type “Human Capital”) zijn de vertrekkers?   In onderstaande grafiek (ook data van de CBS) (met een 5 jaar interval) valt te lezen dat met het doorschuiven van de leeftijdsgroepen, steeds uitvallers zijn. Ook een indicatie dat de “nieuwe aanwas” aan het uitdunnen is.

Bevolking naar leeftijdscategorie (afkomstig van CBS Curacao)

Dit laatste is natuurlijk zorgwekkend, omdat dit betekent dat de beroepsbevolkingsbasis (waaronder de professionals-basis) aan het inkrimpen is. Hoe ziet de samenstelling van de beroepsbevolking straks uit?  Wat betekent dat voor de economie?  Voor de economie betekent de inkrimping dan ook dat de arbeidsbasis dat bijdraagt aan het bruto nationaal product (BNP) minder wordt. Het betekent ook dat de basis welke moet zorgdragen voor belastingbetaling, sociale premies, pensioenpremies, aan het afnemen is. Dit heeft niet alleen economische gevolgen maar ook sociale gevolgen, althans als er geen bijsturing plaatsvindt.

SLOT

De productiefactoren “Land”, “Kapitaal” en “Ondernemerschap” maken dingen mogelijk, maar het is de factor “Arbeid” die dingen doet gebeuren. Minder “Human Capital” zal op termijn dan ook minder beweging betekenen. Anders gezegd, de productiefactor “Arbeid” wordt schaarser, en dus waardevoller. De economie bestudeert keuzes die individuen, organisaties en samenlevingen maken bij het omgaan met schaarste. Bestuderen en discussiëren waard dus.

Tot slot, je zou kunnen stellen dat de productiefactoren elkaar onderling zouden kunnen compenseren, en in zekere mate is dat ook waar. Echter, sta wel even bij stil dat het spenderen van het “loon” (lees: consumeren/ koopkracht) van factor “Arbeid” evengoed een bijdrage levert aan de economie. Een daling in consumptief gedrag is ook een daling in de economie.

Relax and Think (foto D.G. van der Veen)

Bemoei je actief met economisch beleid, maak bewuste keuzes, want je draagt gewild of ongewild de lusten en de lasten.

Ik herhaal: Het zou wie dan ook die op die beleidsstoel zit, sieren om kundig om te gaan met economisch leidinggeven, het heeft namelijk consequenties”. Economie raakt alles.


[i] The Causes and Consequences of Increased Female Education and Labor Force Participation in Developing Countries Rachel Heath and Seema Jayachandran, The Oxford Handbook of Women and the Economy Edited by Susan L. Averett, Laura M. Argys, and Saul D. Hoffman

[ii] https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2018/40/50-jaar-mammoetwet-bijna-iedereen-gaat-nu-naar-school

JE EIGEN BALANS OPMAKEN, OM TE GAAN BELEGGEN

Beleggen in aandelen, obligaties, crypto, etc. kan een belangrijk onderdeel zijn van een plan om vermogen op te bouwen naar de toekomst toe. Met de markt zoals het er nu voor staat, een “bear-market”, is het interessant om een instap planmatig voor te bereiden. Eenmaal de vloer is bereikt, gaat de markt weer omhoog, immers kapitalisme impliceert waarde-toevoeging.

Belangrijk is wel dat je eerst stil staat bij jezelf, wat je opzij kan zetten en wat je uiteindelijk wilt bereiken. Beleggen doe je voor een langere termijn met een duidelijk plan en het zou zeer jammer zijn als je van jouw plan moet afwijken en aandelen moet verkopen omdat je geld nodig hebt om alledaagse kosten te betalen en schulden af te lossen.

Beleggen in aandelen, obligaties, etc. moet onderdeel zijn van jouw portfolio, met nadruk op het woord “onderdeel”. Je zou ook geld op je bankrekening moeten hebben, in onroerend goed, etc. Diversificatie en liquide blijven, is belangrijk.

Deze blog gaat over het in kaart brengen van jouw eigen financiële huishouden voordat je begint met beleggen. Het kan overkomen dat het onderstaande lijkt op “bedrijfsboekhouding”, en tot op zekere hoogte is dat ook zo. Maar de ervaring leert dat jouw persoonlijke financiële situatie er beter voor staat als je dat zakelijk benadert. Uiteindelijk willen we ruimte maken om, naast ons arbeidsinkomen, passief inkomen te creëren. Een manier om dat te doen is beleggen.

En ja, ook dit is Economie.

BEGIN BIJ JEZELF

Voordat je begint met beleggen is het verstandig om eerst op een rij te zetten wat je bezit en wat je schuldig bent. Het is hetzelfde als een balans opmaken van bezittingen en schulden bij een bedrijf. Aan de linkerkant zet je jouw bezittingen neer en aan de rechterkant jouw schulden. Het verschil tussen de twee, is je nettowaarde. Weten wat jouw waarde is, is belangrijk voor jouw financieel succes. Verzamel jouw bankstatements, salaris-slips, leningsovereenkomsten, hypotheekaktes, etc. en maak in MS-Excel de rekensom.

STAP 1: ZORG VOOR EEN NOODFONDS

Eerste stap in het opmaken van de balans is “cash”. Afhankelijk van jouw situatie, zorg ervoor dat je enkele maanden (3 tot 6 maanden) cash opzijgezet hebt voor noodsituaties. Maak een inschatting van wat je ongeveer nodig hebt per maand (uitgaven in kaart brengen, zoals huur, hypotheek, water & elektra, telefoon, supermarket, etc.) door jouw bankstatements na te lopen (dat is handig als je niets contant betaalt). Een alternatief is ook om gewoon uit te gaan van de netto maandsalaris.

Dit geld zet je apart op een interest dragende spaarrekening of makkelijk converteerbare money market fund. Voor de duidelijkheid, dit is een noodfonds en geen belegging. Het gaat erom dat als je tijdelijk financieel krap zit, je deze fondsen kunt aanspreken (en niet je beleggingsportfolio).

STAP 2: OPSOMMEN VAN JE BEZITTINGEN IN VOLGORDE VAN LIQUIDITEIT

De bezittingen en hun rendement

Een bezitting is liquide als het snel geconverteerd kan worden in cash. Het is verstandig om goed inzicht te hebben in hoeveel cash (of snel in cash converteerbare bezittingen) je hebt om te kunnen schakelen als het nodig is (kopen van aandelen, aflossen van schulden, etc.).

Het is mogelijk dat jouw vermogen vastzit in illiquide bezittingen als bijvoorbeeld Real-Estate. Een evenwicht tussen liquide en illiquide bezittingen is handig (mede vanwege rendementsverschillen).

Maak een overzicht van je bezittingen in volgorde van afnemende liquiditeit, met inbegrip van de marktwaarde (niet hetzelfde als historische kostprijs). Gebruik bij jouw woonhuis bijvoorbeeld een taxatiewaarde i.p.v. aankoopbedrag. Zet naast het bedrag, het gemiddeld jaarrendement van het type bezitting (ook 0%). Het rendementspercentage moet je inzicht verschaffen in de verdien-potentie van jouw bezittingen. En het maakt ook mogelijk om geïnformeerd aanpassingen te doen in jouw samenstelling van bezittingen, zeker als je teleurstellende renderende bezittingen hebt.

STAP 3: OPSOMMEN VAN JE SCHULDEN IN VOLGORDE VAN LIQUIDITEIT

Zonder inzicht in jouw schulden te hebben kan je de illusie hebben “rijker” te zijn dan je daadwerkelijk bent. Het gaat hierbij om categorieën zoals creditcards, persoonlijke leningen en jouw hypotheek. Ook bij schulden heb je een volgorde in liquiditeit. Creditcard-schulden zijn meestal korte termijn en de hypotheek is lange termijn. Ook hier zet je de bedragen en de interest kosten (negatief-rendement als het ware). Je kunt verbaasd staan kijken hoe hoog bijvoorbeeld de interest-percentages op jouw creditcards zijn, als je daar nooit bij hebt stilgestaan.

De schulden en wat ze kosten

STAP 4: BEREKEN JE NETTO WAARDE

Trek het totaal van jouw schulden af van jouw bezittingen, en je hebt jouw nettowaarde. Als je wilt beleggen, is het handig als de waarde van jouw bezittingen hoger is dan de waarde van jouw schulden. De bedoeling van beleggen is uiteindelijk dat de nettowaarde jaarlijks stijgt. Elk jaar maak je een update van het bovenstaande en heroverweeg je jouw situatie.

Berekening persoonlijke nettowaarde

STAP 5: ANALYSEER JE “BALANS”

Inzicht in jouw financiële positie is het belangrijkste wat je haalt uit deze exercitie. Heb je geld, direct of snel beschikbaar, opzijgezet voor momenten wanneer je krap bij kas bent?  Wat leveren jouw bezittingen op en wat kosten jouw schulden? Staan ze in verhouding met elkaar?  Kan je laag renderende investeringen vervangen met hoogrenderende investeringen?  Kan je dure schulden afbetalen met laag renderende bezittingen en per saldo jouw netto cashflow verbeteren? Als je schulden hebt, gebruik je dat geld voor een investering waarvan het rendement hoger is dan de interestkosten die je betaald?  Kan ik bezittingen verkopen voor cash? 

Met de overzichten van bezittingen (stap 2) en schulden (stap 3), kan je afwegen wat je aan schulden in welke volgorde kunt elimineren. Een creditcard schuld tegen 18% interest staat niet in verhouding met een spaarrekening saldo tegen 0.05%. Per saldo kost dit je dus geld. Het kan lonen de creditcard schuld zoveel mogelijk af te lossen met jouw spaargeld. Als dat niet mogelijk is, is een alternatief om je creditcard schuld te herfinancieren met een persoonlijke lening tegen een lagere interest-percentage.

SLOT

Voordat je gaat beleggen en investeren, is het van belang dat je weet waar je staat en wat je aankan. De bovenstaande stapsgewijze benadering kan je die inzicht geven en mogelijk zelf aanleiding geven om veranderingen door te voeren. Je kunt het uitgebreid doen of slechts richten op de hoofdzaken. “Meten is weten” en “Beseffen gaat vóór beleggen”.

De volgende blog in deze serie zal gaan over jouw persoonlijke cashflow-statement om te bepalen wat je elke maand overhoudt.

Relax and think on the beach

Deze blogs zijn bedoeld voor en alleen om te worden gebruikt voor referentiedoeleinden. Dergelijke informatie die hier wordt verstrekt, vormt geen advies of een aanbeveling dat een beleggings- of handelsstrategie geschikt is voor een specifieke persoon. Gebruikers van deze blogs zijn het ermee eens dat ik geen verantwoordelijkheid neem voor uw investeringsbeslissingen. Vraag professioneel advies voordat u handelt.

Disclaimer

BELEGGEN IN CRYPTO MET CURACAO ALS WOONPLAATS

Naast bloggen over economie als wetenschap en beleving, heeft beleggen en “trading” ook al jarenlang mijn interesse. Traditioneel is mijn aandacht altijd uitgegaan naar traditionele beleggingsobjecten zoals aandelen, obligaties en money market, maar recentelijk heeft ook “crypto currency” mijn interesse aangewakkerd. En dan met name de rendementskansen en volatiliteit. Reden voor mij om ook hierover te schrijven in mijn blogs. Mijn doel hierbij is kennisoverdracht en delen van ervaringen, waar we iets mee kunnen. Deze blog is wat algemener en is eerder een pleidooi om ons te interesseren in beleggen en “trading”. Maar ook de aandacht te vestigen op de praktische hindernissen die bestaan voor ons als ingezetenen van Curacao. Ook hier zullen onze beleidsbepalers aandacht voor moeten hebben. En ja, dit is ook economie.

RENDEMENT

We willen allemaal geld verdienen. Laten we dat alvast constateren. Met arbeid verdienen we loon. En met het geld wat we niet consumptief besteden, kunnen we ook extra geld (passief inkomen) verdienen. Het gemiddeld rendement op een spaarrekening is momenteel (januari 2022) 0.06% (sommige pechvogels onder ons hebben zelfs last van negatieve rente) (www.bankrate.com), op obligaties gemiddeld 5.7% per jaar (www.morningstar.com), op aandelen gemiddeld 10% per jaar (www.nerdwallet.com), op crypto veel al meer dan 10% (www.cointelegraph.com).

Dag-rendementen diverse Crypto currencies

In sommige gevallen zijn “ridicule” rendementen behaald met crypto. Shiba Inu’s (SHIB) rendement in 2021 was 46,000,000%, genoeg om een belegger die usd 10 had ingezet op in 2020, gedurende 2021 een multimiljonair te maken.

Voor de meeste van ons op Curacao is sparen op een spaarrekening het “normale”, echter helaas niet altijd het beste (wat betreft rendement) wat we kunnen doen. Beter is om te investeren of te beleggen in aandelen, obligaties, real estate, etc, en als we dat goed doen, kunnen we in ieder geval meer rendement behalen dan wat met een spaarrekening mogelijk is en later daar profijt van hebben. Het is helaas wel moeilijker dan het lijkt. Zeker als je op Curacao woont.

Trading view voorbeeld

Een account op een tradingplatform openen voor een Yu di Korsou kan een uitdaging zijn. In 2020/2021 heeft crypto wereldwijd de aandacht getrokken. 2021 was overwegend een goed jaar voor crypto, met hoge rendementen.

Het is een apart en interessant wereldje welke inmiddels ook een marktkapitalisatiewaarde heeft van ruim 2 @3 triljoen dollars. Dit is nog relatief klein vergeleken met de traditionele financiële markten, maar het is groeiende. Het is slim en handig om met deze groei mee te gaan en tijdig mee te beginnen.

HINDERNISSEN

Eerste hindernis, is het openen van een account bij een Exchange. Met Curacao als woonplaats, kan je helaas weinig, maar er zijn “workarounds” zoals mijn millennial- en Gen Z collega’s, mij als Gen X-er hebben laten zien. Met veel geduld en vastberadenheid zal het lukken om een account te openen bij een crypto of trading-exchange. Next step: Funding.

En dan meteen de tweede hindernis, niet alle lokale banken staan open om “hun” creditcards te gebruiken om crypto-currency te kopen, laat staan dat je een direct deposit kan doen via je bankrekening. Een Paypal-opzet gaat ook niet zo makkelijk, omdat ook onderscheid wordt gemaakt voor Curacao, laat staan andere vormen van digitaal geld, zoals Google Pay of Apple Pay. Maar goed, ook daar zijn “workarounds” voor.

En dan komen we tot de derde hindernis, “Hoe haal ik mijn geld terug naar Curacao?”. Het heeft weinig zin om te beleggen in crypto, en je kan niet genieten van de winsten. Jullie raden het al, ook daar zijn “workarounds” voor.

GEMISTE KANSEN OF NIET

Beleggen in crypto, en in zekere mate ook aandelen en obligaties, als ingezetene van Curacao, is dus lastig en omslachtig. We lopen achter op Curacao met dit soort zaken, en daarmee hebben we ook niet de “financial planning”-mogelijkheden zoals velen in de VS of Europa. Als Curacao wil meespelen op de wereld-arena, zal zij wel nu meters moeten maken. Alleen maar de online-integratie en gebruiksgemak zijn van deze payment-media is reden genoeg voor adoptie.

Ondanks dat het lastig is, is het verbazingwekkend hoeveel Yu di Korsou toch is gelukt om een account of meerdere aan te maken op een exchange platform, met een “workaround”.

Het faciliteren van toegang tot dit soort (exchange-)platforms, is m.i. zeker een aandachtpunt voor onze beleidsbepalers. Het zou moeten kunnen zonder “workarounds”.

Relax and Think on the beach (foto D.G. van der veen)

Disclaimer

Deze blogs zijn bedoeld voor en alleen om te worden gebruikt voor referentiedoeleinden. Dergelijke informatie die hier wordt verstrekt, vormt geen advies of een aanbeveling dat een beleggings- of handelsstrategie geschikt is voor een specifieke persoon. Gebruikers van deze blogs zijn het ermee eens dat ik geen verantwoordelijkheid neem voor uw investeringsbeslissingen. Vraag professioneel advies voordat u handelt.

PRODUCTIEFACTOR ARBEID

INLEIDING

Economie is de wetenschap die zich primair bezighoudt met de menselijke behoeftebevrediging. De economie bestudeert keuzes die individuen, organisaties en samenlevingen maken bij het omgaan met schaarste. Schaarste was het onderwerp van de vorige blog. We bouwen daarop voort in deze blog met productiefactoren om het begrip schaarste concreter in te vullen.

Barkjes Curacao (Productiefactor Land en Arbeid)

Niets is oneindig verbruikbaar en mede daarom heeft het een waarde (prijs). “Multi-bruikbaar” is een productiefactor meestal ook niet. Je gebruikt bijvoorbeeld een stuk “Land” voor landbouw, of industrie, of woningbouw, etc. Eenmaal een keuze is gemaakt, is een andere keuze veelal uitgesloten. Een keuze heeft een gevolg, maar wat is de beste keuze en het beste (economisch) gevolg?  Schaarste betekent dus afweging.

PRODUCTIEFACTOREN

Bijna alles wat we willen, wordt gemaakt met middelen, of zoals in de economie genoemd: Productiefactoren. Deze productiefactoren zijn: “Land”, “Arbeid”, “Kapitaal” en “Ondernemerschap”.

De basisgedachte is dat productiefactoren gezamenlijk, inkomen en welvaart genereren. Dit kan niet onbeperkt, want er is niet genoeg, Er kunnen ook negatieve gevolgen aan het gebruik gekoppeld zijn. Een voorbeeld hiervan is de milieuvervuiling. De grote fabrieken (Kapitaal),gebouwd tijdens de industriële revolutie, hebben naast economische welvaart, ook voor een forse toename van milieubelasting gezorgd.

In de economie gaat het erom hoe je de schaarse productiefactoren inzet en benut en welke rijkdom/welvaart deze met zich meebrengen. Productiefactoren zijn verder ook middelen die altijd in een bepaalde verhouding noodzakelijk zijn om te kunnen produceren. Je moet ze samen bekijken en niet apart. Afhankelijk van de omstandigheden kunnen 1 of 2 productiefactoren belangrijker zijn dan de anderen. Elke keuze (combinatie) heeft een ander resultaat.

In deze blog ga ik in op productiefactor “Arbeid”. In de volgende blogs raak ik de andere productiefactoren.

ARBEID

Het kan logisch lijken, maar “dingen” kunnen niet gemaakt worden als iemand ze niet maakt. Jouw hamburger maakt zichzelf niet klaar en het verkoopt zichzelf ook niet als iemand het niet mogelijk maakt d.m.v. arbeid.  “Arbeid” heeft betrekking op kennis en vaardigheden van mensen. Het gaat om zowel lichamelijke als geestelijke inzet om producten/diensten te creëren. Het aanbod van arbeid is de beroepsbevolking. Dit laatste is het kwantiteitsaspect van factor “Arbeid”. Er is ook een kwaliteitsaspect die bij arbeid hoort en dat heeft te maken met scholing, training, begeleiding, etc.

Vele handen maken licht werk. (factor Arbeid)

“Arbeid” is een flexibele factor, omdat verschillende mensen verschillend kunnen worden ingezet om verschillende “dingen” te maken. Arbeid wordt in grote lijnen verdeeld in ongeschoold, bekwaam en professioneel. Ongeschoold arbeid betreft werk waar geen formele training voor is genoten en is vaak repetitief werk of massaal in aard. Het betreft hier bijvoorbeeld schoonmaakwerk, massaproductie, etc. Bekwaam arbeid betreft werk waar vaardigheid en kennis samen komen. Het betreft hier bijvoorbeeld elektriciens, loodgieters, timmerlui, lassers, etc. En professioneel arbeid betreft arbeid waar met name kennis een rol speelt. Het gaat bijvoorbeeld om dokters, advocaten, accountants, ingenieurs, maar ook leraren.

Het kan zijn dat de beroepsbevolking groot genoeg is, maar dat er schaarste bestaat bij een bepaalde groep, bijvoorbeeld professionals. Het kan gemiste economische activiteiten betekenen, als het niet met migranten wordt ingevuld. Je zou dan op lange termijn meer aandacht moeten steken in onderwijs en scholing en op korte termijn jouw immigratie moeten bevorderen voor deze groep. Het gebruik van migranten is een allocatie-keuze en heeft ook een gevolg.

Het is ook niet zo dat professionals (hoogopgeleide mensen) de belangrijkste groep is. Je hebt alle “skill-sets” nodig in de maatschappij. Arbeidsspecialisatie en arbeidsverdeling maken brede waardecreatie, diversiteit aan producten /diensten en algehele behoeftebevrediging mogelijk. Beleidsaandacht moet  gericht zijn op de mix die je vandaag en morgen in jouw arbeidspool wilt hebben.

(foto D. G. van der Veen)

Iedereen die arbeid levert, ontvangt een vergoeding daarvoor. Over het algemeen praten we van loon als prijs voor deze productiefactor. Loon is één van de componenten van het bruto nationaal product (BNP). Het BNP per capita is een maat voor de welvaart van een land. Hier komen we in toekomstige blogs op terug.

WAARDE VAN DE ARBEIDSPOOL

De waarde van arbeidspool (lees beroepsbevolking) is afhankelijk van de mix van individuele vaardigheden, training, kennis, ervaring en productiviteit. Scholing, begeleiding, ervaring werkt waarde verhogend voor de economie, maar een mix is wel noodzakelijk.

Productiviteit wordt gemeten door de output, in relatie tot de input (inzet) van het werk, te brengen. Met z’n individuele productiviteit onderscheidt de ene werknemer zich van een ander. Inzet van andere productiefactoren (gebouw, computer, etc.) kan productiviteitsverhogend werken. Een vooruitgang in productiviteit van arbeid kan (en zou moeten) een vooruitgang betekenen in loon, maar ook in winst (de vergoeding voor ondernemerschap). Dit betekent op haar beurt weer economische groei.

AANDACHT VOOR FACTOR ARBEID

Hebben we beleidsaandacht voor onderwijs, educatie, training, kennisoverdracht, beloning, overige arbeidsvoorwaarden, werkgelegenheid, migratiebeleid, organisatiecultuur, volksgezondheid, huisvesting, effectieve communicatievormen, handhaving van waarden en normen enrespect voor mensen?   Het kan erop lijken dat afgeweken wordt van het economisch concept van de productiefactor Arbeid, maar het bovenstaande is allemaal van invloed op factor Arbeid. Wil je een gebalanceerde arbeidspool, dan moet je beleidsaandacht besteden aan deze en meer onderwerpen.

Let wel: het is niet verstandig om een productiefactor in isolatie te analyseren, wat feitelijk in deze blog voor het gemak wel wordt gedaan. Hoe de productiefactoren complementair worden ingezet, is een belangrijke beleidsvraag. Economie is namelijk een systeem welke onderling versterkend kan werken. In een toekomstige blog zal hierop worden ingegaan.

RELEVANTIE VOOR ONS?

Het is verstandig om ons te realiseren dat productiefactoren schaars zijn. We moeten vandaag en voor de toekomst keuzes maken hoe factor “Arbeid” in te richten en aan te wenden. Enkele actuele voorbeelden van vandaag op Curaçao.

Als we niet deugdelijk aandacht stoppen in onderwijs vandaag, beschikken we straks (lokaal) niet over de juiste arbeidsmix van ongeschoold, bekwaam en professionelen. We sluiten ook mogelijk bepaalde keuzes uit als we niet investeren in een gebalanceerd onderwijs.  Aandacht voor onderwijs vandaag is dus belangrijk voor de economie straks. Gebrek aan waardering voor professionals, een actueel onderwerp, heeft ook als gevolg dat toekomstige inzetbaarheid ook daalt voor bepaalde werkgevers.

Relax and Think (foto door D.G. van der Veen)

Bemoei je actief met economisch beleid, maak bewuste keuzes, want je draagt gewild of ongewild de lusten en de lasten.

Ik herhaal: Het zou wie dan ook die op die beleidsstoel zit, sieren om kundig om te gaan met economisch leidinggeven, het heeft namelijk consequenties”. Economie raakt alles.

SCHAARSTE

Handelskade Curacao

INLEIDING

Economie is de wetenschap die zich primair bezighoudt met de menselijke behoeftebevrediging. De economie bestudeert keuzes die individuen, organisaties en samenlevingen maken bij het omgaan met schaarste. Daarmee vertoont economie ook elementen van een sociale wetenschap en een gedragswetenschap.

Deze blog gaat over Schaarste. Schaarste volgt het feit dat we onze behoeften willen bevredigen en dus vraag hebben naar een product, dienst of iets anders. Als die vraag naar een product, dienst of iets anders (laten we het verzamelwoord “factor” gebruiken (wordt blog 3)) groter is dan haar aanbod (omdat er factoren gelimiteerd zijn), ontstaat er schaarste. Schaarste, als economisch concept, is niets anders dan limiet op wat wij als maatschappij kunnen aanbieden om behoeften te bevredigen (aanbod is kleiner dan de vraag). Er moeten prioriteiten worden gesteld en keuzes worden gemaakt. De economische wetenschap bestudeert die keuzes.

Terug naar schaarste: Niets is oneindig ([ver-]bruikbaar) en mede daarom heeft het een waarde, een prijs. Met het woord “oneindig” valt dan ook te denken aan een ander woord, “duurzaam” (sustainable). Dat laatste is ook een actueel concept in de economie, maar een onderwerp voor een andere blog. “Multi-bruikbaar” is een factor meestal ook niet. Je gebruikt bijvoorbeeld een stuk “Land” voor landbouw, of voor veeteelt, of voor industrie, of voor woningbouw, of om een golfbaan te maken, etc. Eenmaal een keuze is gemaakt, is een andere keuze veelal uitgesloten. Een keuze heeft een gevolg, maar wat is het beste (economisch) gevolg?  De schaarste, maakt je keuze belangrijker dan je denkt; doe het daarom bewust en onderbouwd.

WAT IS SCHAARSTE?

Als er geen schaarste was, zouden we alles kunnen maken voor elke denkbare behoefte of verlangen. Maar helaas, we willen meer dan wat we kunnen. Schaarste is het gat tussen eindige middelen of factoren en onze (theoretisch) oneindige behoeften. Zonder schaarste zou de economische wetenschap geen bestaansrecht hebben. Schaarste is een universeel begrip welk haar bestaansrecht te danken heeft aan het feit dat er niet voldoende tijd is, er onvoldoende geld is, onvoldoende goederen en diensten, onvoldoende land is, onvoldoende water, olie, etc. zijn om de behoeften van eenieder volledig te bevredigen. Schaarste kan absoluut zijn (op = op), maar ook relatief (bijvoorbeeld grondstof kan op vele alternatieve wijzen worden gebruikt, maar je moet kiezen welke).

Iedereen ervaart schaarste, van arm tot rijk. Met enige nuance wordt schaarste anders ervaren in Haïti dan op Curaçao of Nederland. Schaarste is niet alleen een functie van eindige middelen, maar natuurlijk ook van oneindige behoeften, verlangens en wensen. “Life is an act of consumption” en dat impliceert productie aan de andere kant om die consumptie te bevredigen. Omdat schaarste bestaat, impliceert dat een “opoffering” of een “ruil” om meer van de schaarste middel beschikbaar te hebben om 1 behoefte te bevredigen ten koste van een andere.

En dan komen we terecht bij inzet van middelen en productie. Wat geproduceerd wordt is afhankelijk van vraag en aanbod. Vraag en aanbod komen samen op een markt (veelal praten we over een vrije markt). Op de markt ontstaat een prijs voor de aangeboden en gevraagde goederen en diensten. De prijs is een schaarste-indicator, immers het is een kostenpost. Aan de aanbodzijde hebben we productiefactoren (nieuw woord voor middelen) en die bepalen wat en hoe wordt geproduceerd. Aan de vraagzijde wordt bepaald wat en voor wie wordt geproduceerd en dat zijn de consumenten, bedrijven en overheid. In mijn volgende blog ga ik in op de productiefactoren om concreter in te vullen waar de schaarste is en waarom het ook een economisch onderwerp is. Bij deze productiefactoren spelen namelijk allocatie-keuzes en eenmaal een keuze is gemaakt, is een andere keuze meestal uitgesloten. Hiervoor bestaan ook economische theorieën (zoals comparatieve voordelen, etc.), maar dat wordt een andere blog.

RELEVANTIE VOOR ONS

Wanneer we weinig van “iets” (productiefactoren) hebben, moeten we keuzes maken. Het is verstandig om ons te realiseren dat productiefactoren schaars zijn. Met een voorschot op de volgende blog gaat het hierbij om de productiefactoren “Land”, “Arbeid”, “Kapitaal” en “Ondernemerschap”. Ze zijn allemaal nodig om economisch vooruit te kunnen als Natie. Deze dagen relevant voor Curacao is omgang met professionals. We hebben het dan over productiefactor “Arbeid”. Je hebt ze nodig in je arbeidspool, anders heb je straks beperkte middelen en ook beperkte keuzes. Verkwist ze dus niet.

Relax & Think. foto D G van der Veen

Het zou wie dan ook die op die beleidsstoel zit, sieren om kundig om te gaan met economisch leidinggeven, het heeft namelijk consequenties”. Economie raakt alles.

HET BELANG VAN BEGRIP VAN DE ECONOMISCHE WETENSCHAP

Handelskade Curacao (foto door D.G. van der Veen)

INLEIDING

“Concurrerende markteconomieën, creëren uiteraard efficiëntie en stabiliteit, zo wordt gesteld door diverse economen, althans dat is wat ik op de Universiteit heb geleerd. De “booms”, “busts” en financiële crises van het kapitalisme, maar ook deze COVID-pandemie-effecten op de economie, die investeringen op de lange termijn scheeftrekken en de ongelijkheid vergroten, suggereren echter anders. Of is een balanszoekende werking een inherent correctiemechanisme in het kapitalisme?

In ieder geval, ons economisch leiderschap lijkt zich er niet van bewust te zijn dat het normale functioneren van onze economie leidt tot financiële trauma en crises, inflatie, valuta-devaluaties, werkloosheid en armoede te midden van wat vrijwel universele rijkdom zou kunnen zijn – kortom, dat financieel complex kapitalisme (de markt) inherent gebrekkig is. Het omgekeerde is evenwel waar, dat economisch leiderschap (waaronder de overheid) in sommige gevallen ook destabiliserend kan werken.

Het zou wie dan ook die op die beleidsstoel zit, sieren om kundig om te gaan met economisch leidinggeven; het heeft namelijk consequenties.

DE ESSENTIE

De essentie van deze blogs nl. de “gereedschapskist” van economie, is onmisbaar om landen te helpen om een balans te vinden in een goede werking van het marktmechanisme en de regulering en her-distributie van middelen. De markt brengt niet altijd welvaart te weeg, en overheidsingrijpen is niet altijd terecht of gepast.

Helaas komt de realisatie vaak achteraf, na de consequenties. Met bijvoorbeeld de 2008 financiële en hypotheek crisis in het vizier, is duidelijk dat een laks regulatorisch kader gecombineerd met een sterke misleidende liberalistische houding, geleid hebben tot een economisch ramp. Dat geldt ook voor de COVID-pandemie overigens. De Federal Reserve in de VS (maar ook in vele landen) heeft de afgelopen 2 jaar veel geld gecreëerd en gepompt in de economie, mede om de economie draaiende te houden. Een gevolg was o.a. het flink aantrekken van de financiële markten. Gevolg is ook een verhoogde inflatie, welke nu met wederom ingrijpen van de Federal Reserve (door o.a. interest te verhogen) beteugeld moet worden. Maatregelen die ook weer consequenties hebben voor de markt w.o.de financiële markten (zie daling sinds eind december 2021).

Zij die menen dat de overheid een zo minimaal mogelijke rol te spelen heeft in de economie, leven in een fantasiewereld. De markt is niet zalig makend. Als economieën bedreven werden langs Hayek-Friedman ideologische lijnen (of langs laissez-faire lijnen), zouden er (naar het extreem toegeduwd) geen sociale verzekeringssystemen zijn, geen minimum lonen, geen nationale parken en geen wetgeving tegen vervuiling teweeg gebracht zijn. Feit is wel dat mensen, dit soort sociale doelen nastreven, naast het doel om rijkdom na te streven.

De Overheid op haar beurt is ook niet zalig makend. “Governance” falen is ook een bron van instabiliteit. Voorbeelden genoeg en voor ons op Curaçao lokaal relevant; het niet kunnen balanceren van de begroting, het niet kunnen oplossen van de tekorten in de sociale voorzieningen (fondsen) of de betalingsbalans, zijn hier voorbeelden van. De tekorten in de sociale voorzieningen (fondsen) spelen al meer dan 20 jaar, en ze zijn meer dan 20 jaar niet effectief opgelost. We ervaren de consequenties hiervan. Veelal het gevolg van populisme en omdat er niet gericht en kundig tijdig aandacht is besteed aan de issues die spelen.

BALANS

Markt en Overheid dienen in balans op te treden. Om bruikbaar te zijn, moet een economie gebouwd worden op basis van gezond verstand, niet ideologie.  Een efficiënte, effectieve en humane gemeenschap heeft beide zijden nodig van een gemengd systeem, nl. markt en overheid. Ondernemingsgeest is waarschijnlijk, denk ik, een universeel concept, maar duurzame groei en productiviteit hebben een vruchtbare bodem van “good governance” nodig (o.a. overheidshandelen) om te ontwikkelen. Maar waar is die balans?

Iedereen heeft (voor-)oordelen over de economische wetenschappen en toepassing daarvan. Dat geldt overigens ook voor mijzelf als econoom. Er zijn tig van economische theorieën die beschrijven hoe welvaart wordt gecreëerd, sommige daarvan met onderlinge tegenstellingen of verschillende “drivers” voor economische impulsen. Je hebt zelf economische theorieën die het verband tussen welvaartontwikkeling en religie onderzoekt, zie bijvoorbeeld Max Weber. Hierbij heb ook ik, voorkeur voor bepaalde economische theorieën, wat niet wil zeggen dat andere theorieën geen validiteit hebben.

WETENSCHAP IS GEEN POPULISME

Ondanks voorkeuren voor theorieën, hebben ze wel allen (eigenlijk beter; de meesten) tenminste één basis gemeen. Economie is de wetenschap die zich primair bezighoudt met de menselijke behoeftebevrediging. De economie bestudeert keuzes die individuen, organisaties en samenlevingen, maken bij het omgaan met schaarste. Keuzes die een bepaalde logica moeten hebben en om die logica, is een wetenschap omheen gebouwd. Een logica of wetenschap die populisme niet kan invullen of vervangen, en als consequentie heeft dat we niet vooruitkomen, omdat we de complexiteit van onze gemeenschap benaderen met alledaags simplistisch nadenken.

Nogmaals: Het zou wie dan ook die op die beleidsstoel zit, sieren om kundig om te gaan met economisch leidinggeven, het heeft namelijk consequenties”. Economie raakt namelijk alles.

SLOT

Relax and think (foto door D.G. van der Veen)

De bedoeling van deze blogs is om economische onderwerpen toegankelijk te maken voor eenieder die daarin geïnteresseerd is. Ik zal onderwerpen periodiek uitkiezen en trachten deze overzichtelijk en begrijpelijk uit te leggen. Hierbij zal ik zeker niet volledig zijn. Immers, je kunt boekwerken schrijven over Economie, en dat is niet de bedoeling van deze blogs. In een volgend artikel zal ik ingaan op het begrip “Schaarste”.


%d bloggers like this: